Spoo Pee Doo – Dimitri Verhulst

        

“Er is nieuwe beeldtaal nodig om ons nog uit ons lood te slaan” – blz. 105

“Actueel, urgent, en ondubbelzinnig Vlaams” stond in de aankondiging op dag 4 van de Hebban Adventskalender. Uitgever Atlas Contact stelde 100 papieren exemplaren beschikbaar van deze roman van Dimitri Verhulst, verschenen in 2016. Verhulst is een van mijn favoriete Vlaamse schrijvers na De helaasheid der dingen en vooral na De Laatkomer uit 2013 waar ik soms onbedaarlijk om heb moeten lachen en ik heb zelfs er de meest hilarische fragmenten uit voorgelezen aan mijn gezin.

Nu dus heel iets anders… Op de achterflap staat immers: “Over de botsing tussen godsdienstfanatisme en vrijheden, van wat dan ook.” “Europa staat in brand, maar onverschillig bestellen we nog een glas. Verdedigen we onze vrijheden, of verdedigen we onze leegte?”

Welnu, de achtergrond is weliswaar halverwege het boek de fictieve terroristische aanslag op Schiphol met veel slachtoffers die voor kennisgeving wordt aangenomen maar op geen enkel moment wordt daar serieus over nagedacht. Dat klopt weer wel met de tekst op de achterflap.

Maar het zogenaamde “verdedigen” van wat dan ook, heb ik niet gelezen. Ook niet tussen de regels.  Nee, wat zeggen de “machtelozen van de nacht” (een knipoog naar de Nuttelozen van de Nacht (Les paumés du petit matin) chanson van Jacques Brel): “We moeten precies verdedigen wat men ons in dit uur wil afnemen: het plezier van spijzen en dranken, met of zonder varkensvlees, met of zonder alcohol, de schoonheid van ontblote meisjesharen, vrouwenbenen, gezang, gedans, gezoen. We moeten ten strijde trekken met de lach” (…) “Laat ons weerbaar zijn in de wellust”.

De hoofdpersoon in Spoo Pee Doo volgt gewoon zijn eenmaal gekozen weg met onbeschrijflijk veel alcohol, liederlijke ontmoetingen in beruchte cafés in een naamloze stad (waarschijnlijk Gent) in zijn uitzichtloos ledig bestaan als willoze loser die uiteindelijk nà een avond slempen en ouwehoeren belandt in een comfortabel bed waar hij zelfs de moeite niet neemt om zijn bijslaap te herkennen of kennis met haar te maken. En dat ca 150 bladzijden lang. Tegen het middaguur heeft hij eindelijk zijn eigen woning weer teruggevonden waar de “schoonste vrouw op aard” hem verwelkomt met de woorden: “Wel, had jij niet gezegd dat je het niet laat ging maken. (…)  “Het moet wel een buitengewoon fantastische nacht zijn geweest als je zoveel moeite had om naar huis te komen. Wel zeg het mij: hoe is het geweest? “En het enige dat de superloser weet te zeggen is: “Ça va.” Twee maal.  En deze schoonste vrouw is al niet veel beter.

De titel Spoo Pee Doo komt van het album uit 1974 van de Amerikaanse jazztrombonist Archie Shepp uit het nummer I’m free at last – gezongen door Leon Thomas. En het zijn dus fonetische woorden die een bepaald ritme en geluid in deze jazzsong imiteren. Ik heb er lang over nagedacht, maar vind het toch moeilijk toepasbaar op het thema van dit boek. Verhulst schreef dit boek als reactie op de bloedige terroristische aanslagen in Parijs in het 11e arrondissement (Bataclan), één dag later. Wat mij betreft is deze literaire reactie een “verdediging van leegte” geworden. Ook de link naar de jazzsong vind ik moeilijk te duiden. Als dat ons antwoord moet zijn…?!

De schrijfstijl van Verhulst is duidelijk herkenbaar, hij heeft een uniek, virtuoos gevoel voor humor dat mij ook in Spoo Pee Doo deed (glim)lachen. Sommige vergelijkingen waren echter smakeloos grof en waren wat mij betreft grensoverschrijdend voor wat betreft bijvoorbeeld het respect voor de slachtoffers van terroristische aanslagen.

Het vertelperspectief ligt bij de hoofdpersoon, genaamd Vannolle. Wij maken vanaf het begin tot het bittere eind mee wat hij denkt, ziet, voelt, drinkt, doet… Maar opmerkelijk is dat Vannolle steeds in gesprek is met zichzelf en dan lijkt het op een soort tweegesprek alsof er een tweede ik (functionerend als soortement alwetende verteller) naast hem loopt en voortdurend tegen hem praat, hem zegt wat hij eigenlijk zou willen… Heel apart!

Een beetje onmiskenbare Verhulst Vlaamse humor tot besluit:

De man zijn hygiëne doet vermoeden dat hij zijn aardappelen in zijn eigen okselhaar kan bakken en zijn frieten zijn, raad eens, niet te vreten, zelfs de duiven weigeren hun bekken te boren in de frieten die uit de dronken monden zijn gevallen….”

Er waggelt een vrouw op u jullie af, boers, vulgair, ze heeft al veel gedanst en ruikt naar een nationale inzameling van gebruikte pantoffels”.

Een leuke vondst: “televiezigheid”

DRIE STERREN voor Spoo Pee Doo.